Zaterdag start de kerstvakantie. Ga je een dagje uit of met de auto op skivakantie? Dan is het belangrijk om je goed voor te bereiden. Want het kan zomaar gaan sneeuwen of vriezen. Dit is wat jij kan doen om veilig de weg op te gaan.
Rijden in de winter kan uitdagend zijn. Het is vaak slechter weer en vroeg donker. Ook kan het van de één op de andere dag gaan sneeuwen of vriezen. Regen, sneeuw en vorst kunnen leiden tot een langere remweg. Ook is het zicht vaak slechter. Hierdoor kunnen gevaarlijke situaties ontstaan. Een goede voorbereiding is dan ook erg belangrijk. In dit artikel lees je 5 belangrijke valkuilen en wat jij kan doen om ze te voorkomen.
1. Versleten, beschadigde of te zachte autobanden
Banden verbinden als enige je auto met het wegdek en zijn daarom belangrijk voor de grip van je auto. Rijden met versleten, beschadigde of te zachte autobanden kan tot onveilige situaties leiden. Doe daarom voor vertrek de bandencheck. Controleer of de profieldiepte (de groeven) van je banden nog voldoende is en kijk of er beschadigingen zoals scheuren inzitten. Check ook regelmatig de bandenspanning en pomp je banden op als dat nodig is.
2. Onvoldoende afstand houden
Zelfs met goede banden heb je bij slecht weer en een gladder wegdek een langere remweg. Of het nu sneeuwt, vriest, hagelt of regent, je hebt gewoon een langer stuk weg nodig voordat je auto tot stilstand komt. Houd daarom meer afstand van weggebruikers voor je en pas je snelheid aan.
3. De auto niet goed ijs- en sneeuwvrij maken
Het is logisch dat je de autoruiten ijs- en sneeuwvrij maakt voordat je gaat rijden. Maar maak jij de rest van de auto ook sneeuwvrij? Denk aan de motorkap, de lampen, het dak en de kofferbak. Dat lijkt misschien onnodig, maar is toch belangrijk. Want als de sneeuw of het ijs op de rest van je auto loskomt kan dit je zicht én dat van andere bestuurders verminderen. Dus maak altijd je auto helemaal ijs- en sneeuwvrij zodat je goed zicht hebt. Naast dat het gevaarlijk is, kan het je een flinke bekeuring kosten als je ruiten niet geheel ijs- of sneeuwvrij zijn. Hou daarom voor vertrek rekening met extra voorbereidingstijd.
4. Te hard remmen en te snel sturen
Voel je dat je auto minder grip heeft? Of dat je auto zelfs slipt? Ga dan vooral niet heel hard remmen en gooi niet je stuur in één keer om. Dan verlies je de controle over de auto. Zeker bij sneeuw en vorst is het belangrijk om rustig te blijven. Blijf sturen en kijken in de richting van de weg voor je. Probeer dan langzaam snelheid te verminderen.
5. Niet controleren welke regels er in andere landen gelden
Ga je op wintersport? Dan is het belangrijk om te kijken welke regels er gelden in het land waar je naartoe rijdt en in de landen waar je doorheen rijdt. In sommige landen zijn banden met een Alpine-symbool (bergen met een sneeuwvlok) verplicht. En in wintersportgebieden is vaak het gebruik van sneeuwkettingen verplicht. Hou je je niet aan deze regels? Dan is dat niet alleen onveilig voor jezelf of anderen, maar kan je ook een forse boete krijgen.