Uit recent onderzoek van de Woonbond blijkt dat de bouw van sociale huurwoningen in Nederland enorm achterblijft. In maar liefst 85% van de gemeenten bestond minder dan 30% van de nieuwbouw uit sociale huurwoningen. Dit terwijl de huurders steeds hogere huurverhogingen moeten betalen, waarmee woningcorporaties zeggen te moeten investeren in nieuwbouw.
Het onderzoek toont aan dat gemeenten met een relatief hoog aantal sociale huurwoningen in de bestaande woningvoorraad ook meer sociale huurwoningen bouwen. Gemeenten waar het percentage sociale huurwoning onder de 10% ligt, realiseerden slechts 5% van de nieuwbouwwoningen in het sociale huursegment.
Parkstad
De situatie rondom sociale huurwoningen in Parkstad, de regio in Zuid-Limburg die onder andere Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, en Brunssum omvat, is vergelijkbaar met de landelijke trends. De regio kampt met een toenemende vraag naar betaalbare woningen, terwijl de bouw van sociale huurwoningen achterblijft.
Krapte op de woningmarkt
Net als in veel andere delen van Nederland, is er in Parkstad een krapte op de woningmarkt voor sociale huurwoningen. De woningcorporaties in de regio hebben te maken met lange wachttijden voor mensen die in aanmerking willen komen voor een sociale huurwoning. De vraag naar betaalbare woningen is groot, mede door de relatief lage inkomens en een vergrijzende bevolking. Veel oudere woningen in de regio voldoen bovendien niet meer aan de moderne eisen op het gebied van energiezuinigheid en duurzaamheid, wat de druk op de sociale huurmarkt verder vergroot.
Volgens de Woonbond is er dringend behoefte aan de invoering van de ‘Wet versterking regie op de volkshuisvesting’. Deze wet zou gemeenten verplichten om minimaal 30% van de nieuwbouwwoningen als sociale huurwoningen te bouwen. Ondanks de grote noodzaak ligt het wetsvoorstel al een jaar stil, terwijl de wachtlijsten blijven groeien en er in 23 gemeenten de afgelopen 3,5 jaar geen nieuwe sociale huurwoningen werden gebouwd.
De hogere huurverhogingen voor sociale huurders, die in 2025 tot wel 5% kunnen oplopen, zijn noodzakelijk omdat de nieuwbouw voor sociale huurwoningen niet wordt gesubsidieerd en volledig uit huuropbrengsten moet worden gefinancierd. Dit zorgt ervoor dat huurders niet alleen de kosten van de nieuwbouw moeten dragen, maar ook onterecht belastinggeld betalen aan de overheid via winstbelasting, waarvan de opbrengsten niet ten goede komen aan de woningbouw of verduurzaming van de bestaande woningen.