Vier leden van de motorclub Satudarah zijn na acht jaar van vervolging vrijgesproken door de Rechtbank Limburg. Het Openbaar Ministerie (OM) had hen beschuldigd van mishandeling, bedreiging, afpersing en diefstal van een man uit Heerlen. Hoewel het OM voldoende bewijs zag in een dossier opgebouwd uit verklaringen en camerabeelden, vond de rechtbank de verklaringen inconsistent en onvoldoende voor een veroordeling.
In het kader van een groot onderzoek naar Satudarah had de politie stiekem camera’s geplaatst in een café, waar het slachtoffer in 2016 naartoe was gelokt. De aanleiding hiervoor waren uitlatingen van de Heerlenaar, die de leden van Satudarah had uitgemaakt voor een 'stelletje treinkapers', verwijzend naar een tragische gebeurtenis waarbij zes Molukkers om het leven kwamen.
De rechtbank erkende dat er aanvankelijk voldoende bewijs leek te zijn tegen de verdachten. Echter, de verklaringen van het slachtoffer bleken bij nader onderzoek inconsistent. Advocaten Wouter Smeets, Robert van ’t Land en Arthur Vonken hadden dit al aangevoerd en de rechters stemden hiermee in. De onduidelijkheid over de exacte rolverdeling van de betrokkenen en het feit dat veel van de feiten zich buiten het zicht van de camera’s in afgescheiden ruimten van het café afspeelden, betekenden dat de bewijslast voornamelijk rustte op de verklaringen van het slachtoffer.
Twee weken geleden eiste het OM een gevangenisstraf van twintig maanden voor alle verdachten, een eis die al was verlaagd vanwege de lange duur van het proces. Het is nog onbekend of het OM in hoger beroep gaat tegen de vrijspraak.