Leen Roels wordt met ingang van 15 november 2023 de nieuwe directeur-conservator van het Nederlands Mijnmuseum in Heerlen. Zij volgt daarmee Kitty Jansen-Rompen op, die tot eind van het jaar als interim-directeur de honneurs waarneemt in het museum.
Leen Roels wordt eindverantwoordelijk voor zowel het museale concept, als het zakelijkfinanciële beleid van het museum. Met Roels heeft het museum een directeur-conservator gevonden die beschikt over een grote inhoudelijke kennis van het mijnverleden en het mijnerfgoed. Daarnaast beschikt ze over een groot internationaal en euregionaal netwerk binnen het mijnerfgoed. Na afronding van haar studie geschiedenis aan de Universiteit van Gent promoveerde Leen Roels in 2014 aan de Universiteit Maastricht, met een proefschrift over de arbeidsmarkt voor mijnwerkers in het Luikse kolenbekken. Ook bestudeerde ze de sociale en economische effecten van de mijnsluitingen. Ze vertrekt als coördinator van Erfgoedcel Mijn-Erfgoed in Genk (nu ECRU Erfgoed) en is lid van de expertenpool Cultureel Erfgoed van de Vlaamse overheid.
Leen Roels: “Het mijnverleden is een bijzondere geschiedenis die nog steeds veel mensen raakt en beroert en als gevolg van een industrie die ongeziene impact had en heeft op de Euregio. Het Nederlands Mijnmuseum, waar dat verhaal wordt verteld, heeft als kersvers museum nog een positie te verwerven: als geregistreerd museum, als netwerkmuseum, als vaste waarde in de stad Heerlen en in de Euregio, maar ook als referentiepunt voor voormalig mijnwerkers en hun familie. Rekening houdend met de regionale situatie, andere Heerlense en Limburgse culturele instellingen en verenigingen rond mijnerfgoed, kijk ik ernaar uit om samen met een enthousiast team medewerkers en vrijwilligers die uitdagingen aan te gaan. We gaan werken aan een breed educatief aanbod en een aansprekend, kwalitatief programma voor beide locaties van het museum. Op langere termijn is ook een positie in internationaal verband een streven. Het zijn deze ambities waar ik mijn schouders onder ga zetten en de sturende en inspirerende kracht voor wil zijn.”