In Nederland lijkt vloeken steeds meer een vast onderdeel te zijn van de dagelijkse taal, zowel in het dagelijks leven als online. Waar scheldwoorden vroeger werden gezien als krachtige uitingen van emotie of verontwaardiging, worden ze nu zo vaak gebruikt dat hun impact sterk lijkt af te nemen. Sommigen stellen dat de overdadige toepassing van vloekwoorden in de Nederlandse taal leidt tot een “devaluatie” ervan, waarbij de ernst van schelden niet langer opvalt of een gewenste schokeffect geeft. Dit roept vragen op over de manier waarop we taal gebruiken om gevoelens uit te drukken, maar ook over de effecten hiervan op communicatie en respect binnen de samenleving.
Historisch gezien werden scheldwoorden vaak gebruikt in uitzonderlijke omstandigheden, zoals momenten van extreme frustratie, woede of pijn. In een tijd waarin schelden minder sociaal acceptabel was, kon een enkele uitbarsting veel kracht en betekenis hebben. Tegenwoordig lijken scheldwoorden meer deel uit te maken van alledaagse gesprekken. Sommigen menen dat dit leidt tot een soort taalvervuiling, waarbij scheldwoorden hun oorspronkelijk geladen betekenis verliezen en ‘lege’ woorden worden zonder duidelijke emotionele impact. Benadrukt kan worden dat de herhaalde blootstelling aan scheldwoorden ons gevoelloos kan maken voor de ernst en gevolgen ervan. Het lijkt als het ware alsof we er een ‘tolerantie’ voor opbouwen.
Er is echter een keerzijde. Hoewel sommige mensen zich ongemakkelijk voelen bij de normalisatie van schelden, zien anderen het als een natuurlijke evolutie van de taal. De stelling dat taal continu in beweging is en zich aanpast aan de behoeften van haar gebruikers is dan ook een legitieme argument. Scheldwoorden zijn altijd al een onderdeel geweest van taal, en hoe meer ze worden gebruikt, hoe meer ze veranderen in informele uitdrukkingen zonder de oorspronkelijke negatieve lading. Echter kan overmatig schelden in een publieke ruimte bijdragen aan een verruwing van de omgangsnormen, wat uiteindelijk de sociale cohesie kan schaden.
Opgroeien in Parkstad
De website Opgroeien in Parkstad waarschuwt echter wel. Kinderen tussen de 2 en 4 jaar zijn heel intensief bezig met communiceren en leren praten. Je kind pikt snel allerlei woorden op, ook als je er iets uitfloept wat eigenlijk niet voor kinderoren bestemd was. Je peuter begrijpt waarschijnlijk niet wat het woord betekent, maar heeft wel in de gaten welke reacties het uitlokt. Als mensen gaan lachen of gniffelen, is dat positief. Ook als je niet weet hoe je moet reageren, kan dat een grappig effect hebben. Je kind voelt dit goed aan en roept het woord alleen nog maar harder en vaker. Daarom is allereerst verstandig om zelf het goede voorbeeld te geven. Gebruik dus geen scheldwoorden, vloekwoorden of andere schuttingtaal. En mocht je peuter net dat ene scheldwoord gebruiken, dan word lachen toch echt afgeraden.