De Partij voor de Dieren (PvdD) heeft schriftelijke vragen gesteld aan het college van burgemeester en wethouders over de inzet van diensthonden op het NS-terrein in Heerlen. De partij wil onder meer weten of de honden en hun geleiders officieel gecertificeerd zijn en of dit regelmatig wordt gecontroleerd.
De PvdD vraagt daarnaast of het college bekend is met mogelijke bijtincidenten in het afgelopen jaar en of de inzet van de honden conform de geldende richtlijnen verloopt. Ook wil de partij opheldering over de aanwezigheid van een beveiliger met hond tijdens het eerste Gaza-protest op het Spoorplein. Dit plein valt niet onder het gezag van de NS, waardoor de partij van het college wil weten op wiens verzoek en met welk doel de beveiliger daar aanwezig was.
Een belangrijk aandachtspunt van de vragen is het welzijn van de diensthonden. De PvdD wil weten of er bij de NS en het betrokken beveiligingsbedrijf wordt toegezien op de naleving van de algemene welzijnseisen van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). Daarbij gaat het onder meer om de werk- en rusttijden van de honden, de aanwezigheid van een geschikte rustruimte en de beschikbaarheid van water en voedsel. Indien deze voorwaarden niet worden nageleefd, vraagt de partij of het college de NS hierop kan aanspreken.
Volgens de PvdD zijn er signalen dat de werk- en rusttijden van de honden niet altijd in acht worden genomen en dat de dieren soms in te kleine benches verblijven. Dit zou ertoe leiden dat de honden langdurig achtereen worden ingezet, wat gevolgen kan hebben voor zowel de dieren als hun begeleiders.
Sinds 1 april 2023 geldt een nieuwe richtlijn voor de inzet van surveillancehonden. Binnen het Keurmerk Beveiliging is sindsdien een aparte norm opgenomen voor hondenbeveiliging. Daarnaast schrijft de Regeling particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus (Rpbr) voor dat zowel honden als hun begeleiders gecertificeerd moeten zijn. Certificering is mogelijk via de Koninklijke Nederlandse Politiehond Vereniging en de Nederlandse Bond voor de Diensthond.
De vragen zoals ze opgesteld en gepubliceerd zijn door de Partij voor de Dieren Heerlen:
